vrijdag 28 februari 2014

Toverkracht

Wij hebben regelmatig een kleine bloemenman aan de deur. Zijn moeder heeft een bloemenzaak en de bloemen die ‘over datum’ zijn, mag hij nog proberen te verkopen. Hij zegt enthousiast: ‘Er zijn ook bolletjes bij deze keer!’. Hij is een goede verkoper: hij kent mijn zwakke plekken. Ik ben dol op bloembollen. In alle tuinen van de huizen waar ik gewoond heb, heb ik honderden bollen geplant: nieuwe, uit een zakje en veel uitgebloeide uit een potje.

Zomer, herfst en winter zie je niets van die bloembollen. Maar als alles nog kaal en doods is, in het heel vroege voorjaar, barsten de groene sprieten uit de grond en komen de blauwe, gele en paarse kleuren te voorschijn. Hoe kan er uit zo’n bruine bol toch zoiets kleurigs en moois groeien?


Een van mijn lievelingsboeken is: ‘De geheime tuin’ van Frances H Burnett. Het vertelt over een Engels meisje, Mary, dat opgegroeid is in India, maar na de dood van haar ouders terug verhuist naar Engeland en bij haar oom op een Engels kasteel terecht komt. Ze vindt het er vreselijk, koud, eenzaam en ellendig. Maar een ‘geheime’ tuin en alle wonderen die ze daar vindt, brengt grote veranderingen in haar leven. Ze ontdekt de wonderlijke levenskracht die dode dingen tot leven kan wekken, die groene sprieten uit de grond trekt en die alles verandert.

Mary houdt aan het eind van het boek een soort preek over die toverkracht:
Toverkracht duwt en trekt en maakt allerlei dingen uit het niets. Alles is door toverkracht ontstaan, bladeren en bomen, bloemen en vogels, dassen en vossen, eekhoorns en mensen. En de toverkracht in deze tuin heeft mij laten opstaan en me laten weten dat ik zal blijven leven. Nu ga ik iedere morgen en iedere avond en zo vaak ik er overdag maar aan denk zeggen: ‘Ik heb toverkracht in me’. De zon schijnt – de zon schijnt. Dat is de toverkracht. De bloemen groeien, de wortels werken in de aarde. Dat is de toverkracht. De kracht is in mij – in mij. Zij is in ons allemaal. 



In onze tuin is deze toverkracht bezig. Bij onze achterdeur staan de sneeuwklokjes, narcissen en krokusjes volop in bloei. Ik geniet van deze tijd. Het is voor mij teken van een nieuw begin. Een facebookvriend postte een tekst die mij raakte:
Belofte

bol in de aarde
wachtend.
belofte van een nieuw begin

aarzelend reikend naar het licht
half verborgen, nietig, kwetsbaar
nog beschut door sneeuw en blad

door de winterzon gelokt
het prille groen
groeiend in die warmte

steeds dat mysterie, jaar na jaar
van groeien, bloeien, sterven
eeuwige cyclus in het bestaan

zonder sterven geen leven
het nieuwe komt dankzij
maar ook ondanks, het oude

ik koester het oude in mij
verlangend naar het nieuwe

Diezelfde toverkracht en levenskracht zit, sluimert niet alleen in de bloembollen, maar ook in mij en in ieder mens. Onvermoede nieuwe dingen kunnen er groeien: dankzij én ondanks het oude. Buiten wordt het lente, maar ook in mensenlevens mag er telkens weer een nieuw begin groeien. Ik laat mij verwarmen door de lentezon voor een nieuw begin.


vrijdag 21 februari 2014

Een kostbare gave

Er is veel waar ik over na moet denken. De beste remedie die ik daarvoor ken is: wandelen. Dus trek ik mijn wandelschoenen aan en maak mijn rugzak klaar. Het is wat ongewoon dat ik deze zondagmorgen niet naar de kerk ga. Mijn man gaat voor in Driel en ik loop langs de kerk de dijk op. Het is winderig en fris, maar de zon schijnt. Achter mij klinken de kerkklokken, boven mij gakken de ganzen. Op de dijk stap ik stevig door. Vanuit de hoogte zie ik de rivier en de vele ganzen in de uiterwaarden.

'zelfportret'

‘Lopen maakt open’; met je hoofd in je wind en je benen in beweging krijg je ruimte om adem te halen en waaien de muizenissen uit je hoofd. Nu loop ik alleen, maar ik heb ook al vaak samen met een kind gelopen om te praten. Lopend praat het makkelijker en meer ontspannen. Als er problemen waren, was samen lopen vaak het begin van de oplossing. Ik herinner mij een wandeling na een ellendige vergadering, midden in de nacht. Ik was woedend en ik wist niets beters te doen dan te gaan lopen. Slapen zou ik toch niet kunnen, en de boosheid moest uit mijn lijf. Mijn man was verbijsterd: lopen, op dit uur? Maar hij ging gelukkig mee en zo liepen we daar door het donker en kon ik mijn boosheid van mij aflopen en mijn adem weer tot rust brengen.

Een hele tijd loop ik over de dijk en heb ik een weids uitzicht. Het oude kerkje van Oosterbeek staat hier al vele honderden jaren uit te kijken en heeft al heel veel meegemaakt. Ik loop langs een oorlogsmonument: hier is gevochten. Het is hier niet altijd zo vredig geweest als op deze morgen. Dat ik hier zo vrij en vrolijk  mag lopen deze zondagmorgen, is een zegen.

het oude kerkje van Oosterbeek

De weg maakt een bocht en ik loop natuurgebied Meinerswijk in. Zo dicht bij de stad en toch zijn er allerlei bijzondere dieren en planten: af en toe maak ik een foto. In de verte hoor ik gelach en geroep. Een moeder met twee kinderen komt aanfietsen. Haar oudste dochter fietst door alle plassen en ze gilt van plezier als het water hoog opspat. Stralend roept ze: ‘Kijk mama, kijk!’ Nog een hele tijd hoor ik haar juichende stem, haar kreten van blijdschap. Wat een levensvreugde! Dat je zo kunt genieten van niks; dat is een gave. Kinderen hebben die gave van nature. Bij het ouder worden lijkt het wel of we het verleren. We zijn ver weg met onze gedachten, we zien overal problemen, we willen niet voor gek staan,  we relativeren en ga zo maar door.

De afgelopen dagen stond het enthousiasme van ons koningspaar ter discussie. Hun juichende aanmoedigingen en vreugdekreten bij de winterspelen werden bekritiseerd. Met dit kleine meisje in gedachten bedenk ik dat het koningspaar een geweldig voorbeeld is. De blijdschap van het fietsende meisje werkte aanstekelijk op mij, het bracht mij in een vrolijke stemming en tot het besef dat we veel te weinig uitbundig genieten. Datzelfde zou je ook kunnen ervaren in het enthousiasme van ons koningspaar.

Er zijn veel dingen om ons zorgen over te maken. Die zijn er ook in Sostji. Vandaag tekende ik nog een petitie van Amnesty voor een milieu-activist die tot 3 jaar werkkamp is veroordeeld. Maar als we naast alle ernst niet ook de uitbundige vreugde kunnen beleven, dan houden we het niet vol. In het leven van onze koning zijn ook ernstige momenten te over. Het in staat zijn tot genieten, van kleine dingen, en daar uiting aan kunnen en durven geven, is een kostbare gave.

over de brug Arnhem in

Inmiddels ben ik bij de brug over de Rijn en loop ik Arnhem in. Mijn benen zijn moe, mijn hoofd lekker fris, het gepieker is eruit gewaaid.  De kinderlijke, uitbundige vreugde van dat fietsende meisje echoot nog in mij en dat neem ik mee naar huis, met het vaste voornemen om dat talent niet te verliezen!

vrijdag 14 februari 2014

Alsmaar rond en rond en rond

Een cirkel is een mooie vorm … maar tegelijkertijd verraderlijk: het heeft geen begin, geen einde, geen richting en geen doel. Het gaat rond om die ene zelfde as, als een tol, rond, rond, sneller, sneller. Alles vervaagt, je komt niet verder, je wordt draaierig en beroerd. In zo’n situatie kan een mens terecht komen, en dat noemen we een vicieuze cirkel, dat betekent: foutieve cirkel. Het is een cirkel zonder einde die je gevangen houdt en waarbij oorzaak en gevolg elkaar versterken.


Verraderlijk zijn ze, vicieuze cirkels; zomaar zit je erin: een vicieuze cirkel van drank en zwakheid, of van stress en slapeloosheid, van steeds meer en nooit genoeg, van macht en geld, van te hoge eisen en schuldgevoel … We moeten zoveel en we mogen zo weinig of we willen zoveel en we hollen achter onszelf aan of we durven niet en dus blijven we maar zitten …

Blijven zitten waar je zit, dat is soms het makkelijkst. Door blijven rennen en draven en hollen en vliegen, dat is soms het makkelijkst. Want hoe kom je er in vredesnaam uit, uit een vicieuze cirkel? Hoe maak je een begin, hoe hou je vol?

Vicieuze cirkels zijn van alle tijden. Nog niet zo lang geleden waren het de cirkels van keihard werken en armoede, ook hier in ons land. Op veel plekken in onze wereld, en zelfs heel dichtbij, zitten mensen in die vicieuze cirkel gevangen. Maar in onze tijd zijn er ook cirkels van luxe en hoge eisen aan alles en iedereen.  En sommige cirkels zijn alle eeuwen door dezelfde: de cirkels waar je in terecht komt bij ziekte of bij groot verdriet, wanneer een geliefde overlijdt of wanneer je geen kinderen kunt krijgen.

Het vraagt geweldige moed, enorme kracht om je tegen het draaien van de cirkel te verzetten, om eruit te stappen. Alleen al omdat veel vicieuze cirkels normaal gevonden worden: zo is het nou eenmaal, daar moet je maar mee leren leven, het is niet anders. Maar vicieuze cirkels hebben geen toekomst, ze hebben geen richting, ze hebben alleen het hier en nu en dat houden ze gevangen in hun eindeloze gedraai.

Voor mij is een van de belangrijke dingen van geloven dat je dingen niet alleen maar goed vindt alleen omdat ze zo gaan als ze gaan. Want hoe gemakkelijk worden we niet geleefd. Hoe gemakkelijk wennen we niet aan die vicieuze cirkels: we vinden ze zo gewoon, zelfs veilig en vertrouwd. Maar het is denk ik niet de bedoeling, dat draaien en draaien, alsmaar rond. Voor mij is het belangrijk: dat we stilstaan om te denken: wat wil ik met mijn leven? Welke kant wil ik op? Wat kan ik voor anderen betekenen?

Geloven heeft voor mij te maken met weggeroepen worden uit vicieuze cirkels die mensen gevangen houden.  Dat kunnen de kleine persoonlijke vicieuze cirkels zijn van roken, koopverslaving, stress op het werk maar ook de grote vicieuze cirkels van onrecht, milieuvervuiling en klimaatsverandering.

In je eentje kun je haast niet uit een vicieuze cirkel breken. Daarvoor heb je anderen nodig: familie, vrienden of hulpverleners. Ooit was ik bij een bijeenkomst van de AA, Anonieme Alcoholisten. Ik was onder de indruk van de onderlinge verbondenheid en de steun die mensen kregen van elkaar.


Vaak blijven mensen in hun eentje tobben met grote persoonlijke problemen. Maar mensen hebben anderen nodig om een nieuw begin te maken. Met de grote wereld-problemen hebben we elkaar even hard nodig. Daarom ben ik blij met Avaaz, een internationale beweging die stem wil geven aan gewone burgers over de hele wereld. Avaaz voert actie voor wereldwijde problemen en om crises waar ook ter wereld onder de aandacht te brengen. Zo kunnen we de kloof overbruggen tussen de wereld zoals hij is en de wereld zoals wij hem wensen en hopen. Zo werkt de beweging ‘All out’ aan een wereld van liefde en gelijkheid door op te komen voor homosexuelen wereldwijd. En Amnesty International komt op voor mensenrechten wereldwijd. Daar waar mensen in hun eentje niet uit vicieuze cirkels kunnen breken, hebben ze anderen nodig. Zo kunnen we elkaar bij de hand nemen om uit die foutieve cirkels te stappen, de toekomst tegemoet.



donderdag 6 februari 2014

Ogen open!

Alles draait als ik mijn hoofd beweeg. Wat een vreemde ervaring: het bureau golft en de bladzijden van mijn boek lijken te bewegen. Ik heb een nieuwe bril - voor het eerst een varifocale bril - en moet helemaal op nieuw leren kijken.

Voor de meeste mensen is kijken heel gewoon. Je doet het de hele dag. Je kijkt en dus zie je dingen. Maar het gekke is dat het helemaal niet zo eenvoudig ligt. Want vaak kijken we wel, maar zien we niet. Wekenlang kun je dezelfde route lopen en dan pas iets opmerken dat er al die weken al was. Of je kunt met een groep mensen naar hetzelfde kijken en toch allemaal iets anders zien.

Als je zelf net een nieuwe bril uitgezocht hebt, let je onwillekeurig op de brillen die mensen dragen. Als je op dieet bent, zie je overal eten. Als je verstand hebt van auto’s zie je allerlei details die een ander niet opmerkt en als je passie hebt voor de natuur zie je zeldzame bloemen in de berm. Zo bepalen onze geschiedenis en onze interesses wat we zien.


Zien kun je niet zomaar, kijken moet je leren. Want soms blijkt iets bij nader inzien toch anders dan op het eerste gezicht. Soms kijk je aan dingen voorbij, en moet je leren waar je op moet letten. Vaak kijken we niet echt, maar zien we alleen wat we verwachten of denken te zien. We kijken dan niet met een open blik, maar interpreteren en oordelen. Dan gaan dingen er heel anders uitzien. Maar het is de vraag of we dan wel echt kijken.

Met mijn nieuwe bril moet ik opnieuw leren kijken. Mijn nieuwe bril laat mijn ogen hard werken. Kijken is niet meer wat het was en ik voel me net een fotograaf met een fototoestel dat niet meer automatisch scherp stelt. Ik moet steeds zoeken hoe ik de verschillende dingen scherp kan zien: een boom in de verte, de traptrede, de kleine lettertjes op de verpakking en de tekst op mijn beeldscherm. Ineens besef ik dat kijken een kunst is. Want scherp zien – dat is niet vanzelfsprekend. Vaak zien we de dingen maar half, door een waas ... en focussen we niet. Wanneer we scherp stellen in letterlijke, maar vooral ook in figuurlijke zin, kijken we met een aandachtige en open blik.

Hoe ziet de buurvrouw eruit als we goed naar haar kijken? Misschien zien we dan dat ze moe is of verdriet heeft. Hoe ziet ons huis eruit als we scherp stellen? Misschien zien we dan allerlei dingen die zijn blijven liggen en die we al lang hadden willen doen, of zien we juist eens hoe gezellig het is. Wanneer we met aandacht kijken, is er veel meer te zien.

In de loop van ons leven moeten we steeds opnieuw leren kijken. Niet alleen wanneer we een bril krijgen, maar ook als we in een nieuwe fase van ons leven komen. Als je verliefd wordt, moet je leren zien waar die ander blij van wordt. Als je kinderen krijgt, moet je leren zien waar het gevaar is: de scherpe hoeken van de tafel en de gaten van het stopcontact. Als je ziek bent, moet je leren zien wat vooruit gaat of wat troost en kracht geeft.

In gesprekken met mensen die ziek zijn of die lijden aan het ouder worden, besef ik extra dat een mens zijn hele leven lang niet alleen problemen moet zien, maar vooral ook kansen en uitdagingen. Vaak zien we wat we niet (meer) kunnen en zien we wat er mis gaat. Hoeveel heilzamer is het wanneer we proberen te kijken naar wat er goed gaat, wat we nog wel kunnen en wat ons sterk maakt.

libellevleugel, foto: AFH

Kijken is een kunst. Goed kijken kost aandacht en tijd. Goed kijken gaat niet vanzelf. Maar als we dan werkelijk scherp stellen, dan zien we veel meer dan we ooit hadden gedacht: de wanhoop in iemands ogen en de gebogen rug en hangende schouders. Maar we zien ook de tere lijntjes op de vleugels van de libelle, de kleine knoppen aan de schijnbaar dode tak en een klein lichtpuntje in het donker. Als we goed kijken zien we ook kansen en mogelijkheden en kunnen we iets voor die ander betekenen.